Homilie nieuwjaarsreceptie (2009)

Evangelie:  Lc. 5, 27-32

Het is nog niet zolang geleden dat spreken over kanker taboe was. Men zweeg er over in alle talen en wie aan die vreselijke ziekte leed, wist het dikwijls zelf niet, omdat de waarheid niet werd verteld. Het was een fatale ziekte.

Tegenwoordig is dit niet meer zo. Het taboe is doorbroken, de waarheid wordt verteld, en de therapie om de ziekte te bestrijden wordt onmiddellijk aangevat. De ziekte is ook niet meer zo fataal als vroeger. Als je er tijdig bij bent dan is er grote kans op genezing, of op zijn minst om de ziekte te stabiliseren, waardoor de zieke nog een comfortabel leven kan leiden. Er tijdig bij zijn is de boodschap, wie zichzelf verbergt voor zijn eigen ziek-zijn tekent zijn eigen doodvonnis.

Het jaar 2008 heeft ons getoond dat onze maatschappij in veel bedjes ziek is. We waren ziek en we wisten het niet! We deden in ieder geval alsof we gezond bezig waren. Tot we er niet meer naast konden kijken. De grondvesten daverden onder onze voeten. We dreigden alle zekerheden te verliezen. Het menselijk vertrouwen smolt als sneeuw voor de zon. De economie kreeg en krijgt zware klappen. En voor de zoveelste keer vallen er weer slachtoffers. De werkloosheid stijgt; het einde van de tunnel is nog niet in zicht, zo zeggen onze politici.

Op vlak van zingeving en geloof zijn we al langer ziek. Ook dat proberen we al te verdoezelen. We praten onszelf aan dat we goede mensen zijn en geen kwaad doen. Maar intussen zijn we heel ziek geworden. We zitten met een serieus kankergezwel, maar we doen er weinig of niks aan. Zodat er al heel veel uitzaaiingen zijn. Toch blijven we beweren dat we geen tijd hebben. Dat we het veel te druk hebben, dat je toch ook gelovig kunt zijn zonder al dat kerkelijk gedoe. Ook hier geldt dat je verbergen voor je eigen ziek-zijn een doodvonnis voor je geloof betekend. Een goed mens-zijn is niet hetzelfde als een goede gelovige zijn. De sterkste barometer, of koortsmeter is de catechese bij onze kinderen en jongeren voor eerste communie of H. Vormsel. Goede mensen vertelden mij in de voorbije week nog dat ze er geen snars meer van begrijpen. Dat alles wat in de kerk gebeurt hen totaal vreemd geworden is. God is een vreemdeling geworden bij zijn eigen volk. We kennen Hem niet meer. We doen met Hem zoals we met alle vreemdelingen doen: Hem zo ver mogelijk op afstand houden en liefst van al zetten we Hem buiten. Herken je dit ziektepatroon van deze tijd? Het klinkt hard om dit te horen, maar het is ook een taboe geworden om erover te spreken. Zelf probeer ik mij hier niet voor te verbergen of ervoor op de vlucht te slaan. Ik probeer wel het taboe te doorbreken en te zeggen tegen de mensen dat er hoop op genezing is. Maar dat we dan wel aan de therapie moeten beginnen. We moeten een serieuze chemokuur volgen. Een chemokuur die samengesteld is met een aantal belangrijke ingrediënten.

Er is bijvoorbeeld het gebed. Dat is een zeer belangrijk ingrediënt. Een gebedskuur kan ons weer dichter bij God brengen. Spreken met God is de relatie op peil houden.

Er is ook Gods Woord in de schrift. Het wordt voorgelezen in de eucharistie of bij andere gelegenheden. We kunnen ook zelf in de schrift lezen. Het Woord wordt verkondigd en uitgelegd. Het helpt ons om God beter te leren kennen, zodat Hij niet meer zo'n vreemde voor ons is, die we liever op afstand houden.

Omdat gebed en schrift niet gemakkelijk is, omdat deze therapie niet onmiddellijk aanslaat en dus soms weinig effect heeft, bestaat er ook groepstherapie. Wat je alleen wilt doen vraagt veel discipline. Het blijft meestal steken bij goede bedoelingen. Maar groepstherapie stimuleert, motiveert, geeft vlugger resultaat. De voornaamste en meest geschikte momenten zijn in het weekend, in de kerk. Daar komen zondaars samen, zieke mensen die genezing nodig hebben. De voornaamste therapeut is Jezus, die gekomen is voor de zieken en de zondaars om hen aan te sporen een nieuw leven te beginnen. Hij gelooft in zijn werk. Hij houdt daar nooit mee op. Hij doet deze praktijk al tweeduizend jaar. Hij doet dit niet alleen, hij heeft medewerkers nodig. De grootste groep dat zijn de vrijwilligers. Ze moeten soms veel incasseren, want buiten staan er mensen die morren. Die alles wat we doen in vraag stellen, omdat ze er de zin niet van inzien. Het is nu eenmaal niet evident je in te zetten voor zieken en zondaars. Weinigen horen graag bij zo'n groep.

Eenmaal de groepstherapie zijn effect begint te krijgen en als je wilt dat dit effect blijvende resultaten heeft dan moet je ook nog bestralingen krijgen. Je laten bestralen door Gods liefde. Wandelen in Zijn licht. Er helemaal voor openstaan. Het geneest je tot in de toppen van al je vezels, tot in de meest verborgen en duistere hoeken. Want voor God is niets verborgen.

2009 biedt genezing aan voor mensen die zich niet verstoppen voor zichzelf. Het biedt enorme kansen voor mensen die een nieuw leven willen beginnen. Jullie medewerkers hebben hierin een heel belangrijke bijdrage.

Bij het begin van een nieuw jaar wensen mensen elkaar een goede gezondheid toe. Ik wens jullie een gezond geloof toe, dat jullie in staat stelt om in de eerste plaats je eigen kwaaltjes (die we allemaal hebben) aan te pakken. En ten tweede jullie helpt om met heel veel schroom de mensen te helpen die op zoek zijn naar genezing.

Ten slotte dank voor alles. Een stelling in de psychologie is: ‘Help anderen en genees jezelf'. En zoals we ook altijd zeggen als we een beetje ziek zijn: spoedig beterschap. Amen.