Gij zijt mijn vaste wereld (2013)

Elke encyclopedie bevat enkele gegevens over Jezus. Dat hij is geboren - al is de precieze datum niet gekend - , dat hij gewerkt heeft in Galilea en Judea en in de grensstreek en dat hij in Jeruzalem werd vermoord. Hij stierf de kruisdood buiten de stadsmuur. Dit was wellicht in het jaar 30 van onze tijdsrekening.

Om dit te beamen hoef je niet te geloven. We geven vertrouwen aan de documenten die wij over Jezus hebben. Deze zijn weliswaar ontstaan in christelijke gemeenschappen en geschreven door volgelingen van de eerste en tweede generatie. Het zijn de geschriften van het Nieuwe Testament. Er zijn daarbuiten enkele heel schaarse getuigenissen van niet-christelijke schrijvers, die naar het bestaan van Jezus van Nazareth verwijzen.

Jezus van Nazareth

Moet je geschiedenis en aardrijkskunde kennen om te geloven? Ja, toch een beetje. Ons geloof is immers gesitueerd. Wij zijn kinderen van een bepaalde tijd, we spreken de taal van onze tijd. Daardoor hebben we moeite met de wijze waarop de boodschap van en over Jezus doorheen de eeuwen is doorgegeven. In 2013 is een liefdesbrief eerder een liefdesmail of een chat. Een huidige liefdesverklaring is niet de taal en de bewoordingen van Hendrik Conscience.

Wat wij als christenen geloven over Jezus heeft zich afgespeeld in een welbepaalde tijd en welbepaald land. Jezus is geen sprookje of een mythe. Hij is geboren uit een Joods meisje en is als gelovige Jood opgegroeid. Onze geloofsbelijdenis vermeldt dat hij heeft geleden en is gestorven onder Pontius Pilatus. Menigeen is verrast over de vermelding van deze hardvochtige Romeinse gouverneur. Maar daarmee is in ons Credo aangegeven dat het land van Jezus zich toen onder Romeinse heerschappij bevond. Pilatus, die Jezus ervan verdacht een politiek opruier te zijn, kon niet vermoeden dat de invloed van Jezus zich na enkele decennia al in Rome zou laten voelen en dat de Jezus-beweging een wereldbeweging zou worden.

Navolging

De vrienden van Jezus hechten waarde aan wat Jezus deed. Zij schonken hem geloof en hebben voor hem veel prijsgegeven. Jezus heeft, volgens deze geschriften, een kring van leerlingen geroepen en gevormd. Daarnaast heeft een massa volk naar Jezus geluisterd en hem de Zaligsprekingen horen proclameren. Ze beschouwen hem als een groot profeet. Zijn toevallige en kortstondige ontmoetingen hebben bij mensen sporen nagelaten. Zijn leerlingen hebben de spanningen meegeleefd die Jezus ondervond met Schriftgeleerden en Farizeeën, omdat hij zich als het ware het gezag van Mozes toe-eigende en durfde beweren dat hij heer was van de sabbat en dat hij meer was dan de stenen tempel. Zij waren verrast dat hij dingen deed die enkel God kon, nl. zonden vergeven en mensen rechtop doen gaan.

De schok van het kruis

De leerlingen hebben een zware schok beleefd, wanneer Jezus gevangen werd genomen, nog wel met behulp van een volgeling, die hem had verraden. Zijn levenswijze en zijn opvatting over God veroorzaakten conflicten. Hij is de kruisdood gestorven tussen twee moordenaars. Zijn dood was een smartelijke afgang. Zijn leerlingen lieten hem toen zelfs in de steek. Vrouwen hebben zijn laatste uren aan het kruis van op afstand gevolgd. Als de steen voor het geleende graf werd gerold, leek een hoofdstuk afgesloten. De gewezen vissers konden opnieuw naar huis en gaan vissen.

Hij is verrezen

Het kruis en de graflegging hadden niet het laatste woord. Zijn leerlingen beweren dat hij verrezen is en dat hij zich aan hen en anderen heeft laten zien. Ze willen aanduiden dat zijn leven geen fiasco was, dat God hem niet in de steek heeft gelaten. Zij verkondigen dat de Vader hem uit het dood heeft ontrukt, dat hij verrezen is, dat hij voortaan deelt in de heerlijkheid van God. Het zijn moeilijke termen. Het gebeuren van de verrijzenis laat zich niet weergeven als een reportage over een reeks feiten. Woorden schieten te kort.

Paus Benedictus spreekt gewoonlijk over de Verrijzenis als “de grootste ‘mutatie’ die ooit heeft plaatsgevonden, de beslissende ‘sprong’ naar een dimensie van leven die door en door nieuw is, het binnentrekken in een beslissend andere orde, wat op de eerste plaats Jezus van Nazaret aangaat, maar met hem ook ons, heel de menselijke familie, de geschiedenis en het hele universum: hierdoor is de verrijzenis van Christus het centrum van de prediking en van het christelijke getuigenis, van het begin tot aan het einde der tijden.”

De leerlingen verkondigen dat Jezus naar de Vader is teruggekeerd. Dit doen ze omdat meer en meer zijn gaan geloven dat hij van de Vader was uitgegaan. Vanuit de verrijzenis van Jezus zijn ze op een andere manier op het leven van Jezus gaan kijken en hebben ze de Schriften uit het Oude Testament anders gelezen. Vanuit dit geloof dat Jezus verrezen is, dat hij leefde vanuit Gods welbehagen, ja dat hij Gods Zoon was, zijn deze leerlingen anders gaan leven en hebben ze een gemeenschap gevormd rondom de Verrezen Heer, met wie ze samen waren geweest vanaf zijn doopsel in de Jordaan. Zij gebruiken veel titels om te zeggen wie Jezus is. Hij is de gezalfde, de Christus. Hij is de Heer.

Christenen zijn en blijven aangewezen op het geloof van deze eerste leerlingen en op hen die erna zijn gekomen. Wij schenken ons vertrouwen aan Jezus, omdat hij van God is uitgegaan, omdat Hij als Gods Woord mens is geworden. In het evangelie valt op hoezeer Jezus de gevende is, gericht op de andere, op God zijn vader en op zijn medemensen. Wij danken voor wat hij heeft gedaan voor het geluk, het welzijn en het heil van mensen. In de plechtige geloofsbelijdenis, die komt van de concilies van Nicea en Constantinopel, belijdt een christen, hij weze katholiek, orthodox, protestant, anglicaan: 

Ik geloof in Een God, de Almachtige Vader

En in één Heer, Jezus Christus,
eniggeboren Zoon van God,
vóór alle tijden geboren uit de Vader.
God uit God, licht uit licht,
ware God uit de ware God.
Geboren, niet geschapen,
één in wezen met de Vader,
en door wie alles geschapen is.
Hij is voor ons, mensen, en omwille van ons heil
uit de hemel neergedaald.

Hij heeft het vlees aangenomen
door de heilige Geest uit de Maagd Maria
en is mens geworden.
Hij werd voor ons gekruisigd,

Hij heeft geleden onder Pontius Pilatus
en is begraven.

Hij is verrezen op de derde dag,
volgens de Schriften.

Hij is opgevaren ten hemel:
zit aan de rechterhand van de Vader.

Hij zal wederkomen in heerlijkheid
om te oordelen levenden en doden
en aan zijn rijk komt geen einde.

Jezus van Nazareth, gestorven en verrezen, is de Levende. Als verrezen Heer is hij alfa en omega, begin en einde, Hij is de vriend die wij mogen aanbidden als onze Heer en God. “Jezus, wees Gij voor mij de werkelijke wereld.” Dit is een gebed van Teilhard de Chardin.

 

Meer uitleg. Katechismus van de Katholieke Kerk; Het geloofsboek, uitgegeven door de bisschoppen van België na het bezoek van Paus Johannes Paulus in 1985 en hun brochure De Schone Geloofsbelijdenis, Het Credo, Groeien in Geloof, geschreven in 2009; Lode Aerts, Drinken aan de bron, 2012. .

Deze bezinning is geschreven in het kader van het Jaar van het Geloof. Ze verscheen in het tweemaandelijks tijdschrift Banneux N.D. Boodschap voor alle naties, mei-juni. 2013