Speelgoedparadijs (2003)

×

Waarschuwing

JUser: :_load: Kan gebruiker met ID: 198 niet laden

WELK PARADIJS?

Ik hoorde onlangs een echt gebeurd verhaal. Het gaat over een jongen van al zes jaar. Een leuke, verstandige jongen met een ijzersterk geheugen. Misschien zit hij wel in de kerk. Dus ik zal zijn naam even veranderen. Ik noem hem Rejoen.
De moeder van Rejoen had een versje voorgelezen. Dat versje had ze zelf heel lang geleden van haar oma geleerd. Oma bad het voor het slapen gaan. U kent het wel. Het begint met: ’s avonds als ik slapen ga... en het eindigt met ‘twee die me wijzen naar het aardsparadijze’. Twee keer had de moeder het voorgezegd. Rejoen had aandachtig geluisterd. En toen kende hij het helemaal uit zijn hoofd.

GEBORGENHEID

Hij begon het op te zeggen: ‘ ’s avonds als ik slapen ga - volgen mij veertien engelen na - twee aan mijn hoofdeind - twee aan mijn voeteneind - twee aan mijn rechterzij - twee aan mijn linkerzij - twee die mij dekken - twee die mij wekken....’ En toen, met de haven in zicht, besloot Rejoen: ‘twee die mij wijzen -  naar het Speelgoed-paradijze.’
Het hele tafereel van een ouder die met zijn kind een lied zingt over liefst veertien bescherm-engelen, en het kind dat er zijn eigen versie van schrijft, dat staat voor veiligheid en geborgenheid, voor alles wat een gezin kan bieden aan een kind.

UITDAGING

Maar het gezin biedt niet alleen geborgenheid. Het gezin is ook de plaats waar het kind zijn boosheid mag oefenen. Het is ook de plaats waar het zich mag oefenen in ruzie maken en het omgaan met gevoelens van haat. Daarom houdt Lucas ons ook geen zoetsappige vertelling voor. Integendeel. Jezus, de tiener, vergeet even de bezorgdheid van zijn ouders. Hij vergeet het of vindt het even van minder belang. Het tempelbedrijf boeit hem meer. Zoals een kind van deze tijd op de skate-baan blijft hangen. Discussies met de geleerden, nieuwsgierige vragen die theologen bedachtzaam stemmen, Jezus heeft er zin in. Het gezin is de plek waar het kind leert hoe het zich moet binden en ook de plek waar het leert hoe het afscheid kan nemen.

BESTE FAN

Eén zinnetje is het allerbelangrijkste. Maria begrijpt haar tiener niet. Hij is zo anders dan vroeger. Een baard begint te groeien, de stem breekt en zijn interesses veranderen. Maria weet er niet goed raad mee, maar -zo staat er- ze bewaart het in haar hart. Ik versta dat als: ze respecteert het. Ze probeert ervan te leren.
Dat is wat het gezin doet: geborgenheid bieden waarin een kind kan groeien. En daarna: respect en verwondering opbrengen voor de heel eigen wegen die het kiest. En welke riskante wegen het kind ook gaat, als ouder ben je geroepen om ‘te bewaren in je hart’. Je bent niet meer iemand die stuurt en kritiseert, maar de bewonderaar die hartelijk volgt.

BALLON VAN ROOSJE

Lieve kinderen, er is een heel mooi boek over Roosje (Roosje kreeg een ballon, Imme Dros, Holkema & Warendorf 1989). Roosje had een grote, rooie ballon gekregen. Ze hield hem heel stevig aan het touwtje vast, want de ballon wilde weg. Ze keek naar de ballon, die zo mooi was, dat ze er bijna bang van werd. Als ze hem eens losliet... - dacht ze -, als het touwtje knapte... als ie leegliep... als een dief hem pakte of een vogel er in pikte. Roosje moest huilen. Er kon zoveel mis gaan met een ballon.
Zo wandelde Roosje met haar rode ballon en ze was niet blij. Ze wachtte op het ergste. Toen stak ze het plein over. Daar rukte een windvlaag aan de ballon. Hij vloog de lucht in.
De ballon lachte. De zon scheen prachtig door het rood. Roosje keek ernaar met ingehouden adem. Ze wuifde. Dag! Goede reis, ballon. Roosje was blij. Nu ze de ballon niet meer vasthield, was de ballon pas echt een ballon. Eerst had ze hem alleen maar vastgehouden, maar nou hield ze van hem, zoals hij was, op weg naar de zon.
Trots keek ze naar haar ballon, totdat ie helemaal uit het oog verdwenen was. Roosje was blij!