Wie kan voor ons de steen wegrollen?

×

Waarschuwing

JUser: :_load: Kan gebruiker met ID: 233 niet laden
Stenen kunnen ons het leven lastig maken. Fysisch, lichamelijk, maar ook psychisch of moreel.

Er kunnen dingen als stenen op ons hart liggen, bv angst omdat we tegen onze taak niet opgewassen zijn, zorgen om onze kinderen, onzekerheid over de toekomst van ons huwelijk. Vaak zijn het zware stenen die op ons gemoed drukken. Het kan een ongeneeslijke ziekte, een karakterfout, een verbittering, een schuld, een innerlijke eenzaamheid zijn. Ze maken ons het leven moeilijk, verzuren het. Ze liggen soms zo zwaar op ons als stenen op een graf. Figuurlijk gesproken zijn er ook kerkhoven in onszelf en op die grafstenen lezen we: ik ben ontgoocheld, ik heb geen moed meer, ik twijfel, ik ben angstig.

"Wie kan voor ons de steen van het graf wegrollen?" vroegen de vrouwen zich af op de eerste paasmorgen. Dit vragen vele mensen zich af, voor wie het leven meer last dan vreugde, meer twijfel dan hoop is. Toen de vrouwen opkeken bemerkten ze dat de steen was weggerold, al was hij zeer groot. Hem, die zij bij de doden zochten, was bij de levenden: "Jullie zoeken Jezus van Nazaret, de gekruisigde. Hij is verrezen, Hij is niet hier".

En daar begint Pasen. Daar, waar wij ons reeds bij de feiten hebben neergelegd, en nieuwe mogelijkheden voor ons geopend worden. Omdat Jezus leeft mogen ook wij herademen. Dat gebeurt niet in een handomdraai. Zoals het ook niet gebeurde voor de vrouwen op weg naar het graf. Ze hebben geen paasliederen gezongen bij het graf. Ze zijn geschrokken, waren bang en het heeft een hele tijd geduurd voordat het bij hen werkelijk Pasen werd.

Pasen is geen toverwoord. Het is een weg, een weg die lang kan duren, soms een leven lang.

Deze vrouwen zetten voor ons de eerste stap. Zij blijven niet voor het graf staan, zij gaan het graf binnen. Wie Pasen wil ervaren moet bereid zijn in het graf van zijn leven binnen te treden. Leven begint waar ik fouten kan toegeven en zwakheden kan aanvaarden. Leven begint, waar ik voor mezelf en voor anderen kan toegeven dat het goede in ons steeds sterker is dan het kwade. Dit te aanvaarden brengt ons tot een tweede stap. We moeten in het graf van ons leven binnentreden om opstanding te ervaren, wij mogen er niet in blijven zitten. ‘Hij gaat u voor naar Galilea, daar zul je Hem zien'. Pasen richt onze blik voorwaarts over het graf heen.

Hoeveel stenen in ons leven wegen ons zwaar omdat wij onze oude wonden likken en ze niet willen loslaten. ‘Die mens heeft me één keer bedrogen, nu is het voor goed uit'. ‘Ik heb het een keer geprobeerd, geen tweede keer meer'. Pasen doorbreekt dit spel. Opstanding, betekent opstand tegen alle hindernissen die het leven begrenzen of vernietigen. Ik hoef me door mijn fouten en gebreken niet meer klein te laten maken. Mijn leven kan veel vrijer en ruimer worden, als ik maar een beetje meer vertrouwen zou hebben in de mogelijkheden, als ik uit mijn graf wil komen. Zo staat op het einde van deze paasmorgen niet meer het graf, maar de uitnodiging om naar Galilea te gaan om daar de Verrezene te ontmoeten. Galilea is geen streeknaam, Galilea is het land van het leven, van de hoop, waar Jezus woorden van vrede en verzoening sprak, waar Hij zieken genas, vertwijfelden oprichtte en zondaars heeft vergeven, waar Hij met zijn apostelen gegeten heeft en hun nieuwe moed gaf om hun netten uit te werpen.

Met Pasen heeft Jezus de mogelijkheid geschapen om uit het graf weg te trekken naar de volheid van het leven. Zeker, stenen kunnen het leven lastig maken, maar sinds Pasen niet meer, want Hij is verrezen en wij met Hem.