Vierentwintigste zondag door het jaar (2003)

×

Waarschuwing

JUser: :_load: Kan gebruiker met ID: 213 niet laden

"De Heer God heeft mij als een leerling leren spreken
om uitgeputte mensen te kunnen bijstaan.
Met een woord wekt Hij mij in de ochtend,
In de ochtend wekt Hij mijn oor om als leerling toe te horen."

Jes 50,4

Dit is het vers dat voorafgaat aan hetgeen we hebben gelezen. Het plaatst de lezing duidelijk in het teken van in dienst staan: "om uitgeputte mensen te kunnen bij staan". God de Heer heeft zijn profeet leren spreken als een leerling om ... Als de Heer God hem als leerling leert, ligt het voor de hand te bedenken dat de profeet doet wat God wil doen, de profeet handelt voor de Heer, in de plaats van de Heer. God bedient Zich van een mens, die doet wat God a.h.w. wat niet kan, niet wil doen; God houdt zich in - kunnen we zeggen. Het gaat dus om het dienen van mensen en om zo in dienst van God te staan.

God de Heer wekt in de ochtend, als de dag nog nieuw is, als het oor fris en open is. "God de Heer heeft mijn oor geopend en ik ben niet teruggedeinsd." Het is nogal wat om een woord van God te accepteren: de Almachtige die tot mij, onnozele, spreekt, de Eeuwige die Zich tot mij, mensje, richt. Dus 'Vrees niet' is de boodschap waarmee geopend wordt.

"Ik ben niet teruggedeinsd, ik heb me niet verweerd". Het woord van God laat je niet met rust, het is gedaan met je leventje, je moet er iets mee doen ook al weet je niet wat je te wachten staat. Maar 'Vrees niet', je kunt het niet afhouden.

 

Dan zegt de profeet dat hij vol vertrouwen is: zijn rug geeft hij prijs, zijn wangen, zijn gezicht. Ze kunnen hem niet raken want hij vertrouwt op God. "God, de Heer staat mij bij". Hoe komt de profeet daaraan?

Psalm 116 reikt ons iets aan: "Toen de lasso's van de dood mij omsnoerden, beklemmende angst mij overviel, toen riep ik de Heer bij zijn Naam": JHWH, Hij-is-er. Gij die er zijt om mij te helpen, doe Uw Naam gestand en help mij. "Hij heeft mij gered toen ik hulpeloos was". Iedereen gaat door beproeving heen, je krijgt niet zomaar het woord van God. Ook de profeet niet. Hij is geslagen geworden, heeft pijn verduurd en is bespot. En hij is overeind gebleven; hij is gered. Hij weet wat pijn en lijden is en daarom kan hij uitgeputte mensen bijstaan. Lijden en uitputting liggen in één lijn. In zijn lijden heeft hij God de Heer leren kennen en toen het woord gehoord - om mensen te helpen.

 

Natuurlijk rijst de vraag of dat alleen voor de profeet geldt. Het geldt ook voor ons, de een meer - de ander minder al naar gelang mogelijkheden e.d. Maar dan geldt ook dat we niet hoeven terug te deinzen. En al is het maar een beetje waarin we ervaring hebben opgedaan, al is het maar een beetje waarin we uitgeputte mensen kunnen helpen, we mogen ons van steun verzekerd weten. Omdat we volgeling proberen te zijn van Jezus van Nazaret.

 

In het evangelie stelt Jezus dat hij gaat lijden - ondanks zijn Messiasschap. "De Mensenzoon moet veel lijden. Hij moet verworpen worden ..." Petrus verkondigt tegenover het Sanhedrin "... in wie ons gered worden moet zijn". Wat moet? Jezus leed uit vrije wil. Moest Jezus worden gedoopt? Nee, het was passend. Menselijk doop ondergaan paste bij zijn mens zijn. Moest Jezus lijden? "Het was passend dat God, indien Hij vele kinderen de heerlijkheid wilde binnenleiden, ook de leidsman van hun redding door lijden tot voleinding bracht" zegt de Hebreeënbrief. Het was passend, het klopte dat de leider leed, want mensen lijden en degene die hen uit dat lijden redt, redt het beste als hij zelf ook heeft geleden; dan kan hij zeggen: 'Kom maar, ik help je want ik weet wat het is. Ook wat uitputting is'.

 

Jezus helpt zijn volgelingen, die zich achter hem scharen. Petrus kan het niet aanhoren en meent Jezus te moeten terug fluiten. "Maar Jezus keek zijn leerlingen aan". Zo iets staat er wel vaker als het op inzet aankomt, op liefde voor de ander. Hij keek hen aan. En berispte Petrus: achter mij staan! Niet tegenover mij. Zo ben je een tegenstander! Ik wil mijn kruis opnemen om te worden "een Hoge Priester die in staat is mee te voelen" met mensen.

Als wij leerlingen van Jezus willen zijn, met vallen en opstaan, mogen wij er ook op rekenen dat hij naar ons kijkt. En ons bemoedigt: volg mij, ik lijd niet zomaar maar om te redden, echt mee te doen. Wellicht horen wij zo'n woord, dat in de ochtend ons oor binnenkomt.

 

Ik hoop dat e.e.a. ook jongeren aanspreekt. Lijden lijkt zinloos. Het is ook zinloos, het heeft geen nut. Tegen een lijdende zeggen dat het zin heeft, is hem beledigen. Het enige dat je kunt zeggen is dat een mogelijkheid openstaat om ook dan 'iets' te leren kennen, iets dat met Jezus v.N. te maken heeft, met God van doen heeft. Als je eigen ervaring daarbij kunt voegen, heb je dubbel gegeven.

 

De Heer God heeft mijn oor geopend in de ochtend om ... mijn ervaring in dienst te stellen ... met hulp van ... Zullen we ons even tijd gunnen?